zaterdag 2 oktober 2010

Big Big Train - "The Underfall Yard"

Voor mij een nieuwe ontdekking op prog-gebied. Ik kende de voorganger van dit album, getiteld "The Difference Machine" uit 2007, nog maar net en ik was zeer onder de indruk van deze Engelse band met de typische naam "Big Big Train". Maar met dit album uit 2009 overtreffen ze zichzelf èn alle andere progbands van dit moment. Wat mij betreft het beste album van 2009.
Wat kunt u verwachten? Als u bekend bent met het oude Genesisgeluid uit de jaren zeventig klinkt dit u letterlijk en figuurlijk als muziek in de oren. Het album klinkt als een kruising tussen de Genesis-albums "Selling England by the Pound" en "Trick of the Tail". Met een zanger die sterk doet denken aan Phil Collins en een instrumentatie die zwaar leunt op het genoemde Genesisgeluid. Het euvel bij de meeste neo- of retro-progbands is vaak dat ze hun voorbeelden al te letterlijk kopiëren, zodat hun CD's klinken als slappe aftreksels van CD's van Genesis, King Crimson, Yes, Pink Floyd of Emerson, Lake and Palmer. Zo niet in het geval van Big Big Train's "The Underfall Yard". Hoewel de muziek duidelijk geënt is op de jaren-zeventig-Genesis weet de band toch originele melodieën vol weemoed en virtuoos spel te produceren die ontroeren en je af en toe de rillingen over de rug doen lopen. Ook heeft men hier en daar iets nieuws weten toe te voegen, zoals een blazersensemble, waardoor het geheel een unieke sound en feel krijgt. Dit is geen flauwe nabootsing van oude meesters, zoals CD's van bands als IQ en Spock's Beard dat zijn. Dit is een compleet nieuw album, dat, hoewel instrumentaal en qua melodie herkenbaar "jaren-zeventig-prog", tóch anders klinkt. Het zou uit de jaren zeventig kunnen stammen, maar met de geluids- en productiekwaliteit van 2009.
De teksten over de vergane glorie van de Engelse industrie en het rijke Engelse verleden en de werkelijk fantastische schilderijen van Jim Trainer (elk nummer zijn eigen schilderij, zoals bij het album "Us" van Peter Gabriel (ex-Genesis!)) geven de plaat een extra dimensie.
In één woord geweldig. Luisteren! Verplichte kost.

zaterdag 20 maart 2010

Porcupine Tree


U weet inmiddels dat ik een zwak heb voor Beatles, Bowie en Crimson. Gedurende de afgelopen jaren is daar een nieuwe passie bijgekomen: Porcupine Tree. Een "project" rond genie Steven Wilson. Ik zeg project, omdat hij meerdere projecten tegelijk heeft, afhankelijk van het soort muziek dat hij wenst te maken. Porcupine Tree is echter zijn meest toegankelijke verschijningsvorm. Begonnen als een tweemansproject tussen Wilson en Malcolm Stocks. Pocupine Tree was eigenlijk een fictieve band met een al even fictieve historie. Later groeide het project alsnog uit tot een werkelijk bestaande band. Inmiddels is het een degelijke viermansformatie met degelijke muzikanten die hun sporen hebben verdiend bij andere bands.
De muziek was in het begin vooral geïnspireerd door Pink Floyd. Lange, trage composities met een David Gilmourachtige manier van gitaarspelen. Later werden invloeden van The Beatles en met name King Crimson merkbaar. Het is nu zelfs zo dat PT-drummer Gavin Harrison tegenwoordig ook drumt bij King Crimson en dat KC-gitarist Robert Fripp af en toe meespeelt op nummers van PT. Ook heeft Wilson samen met Fripp oude KC-albums geremastered.
Hoe zou je de muziek van PT moeten omschrijven? Ondanks de merkbare invloeden heeft de band toch een zeer eigen en herkenbaar geluid weten op te bouwen. Omdat Steven Wilson onvoorspelbaar is, is elk PT-album weer anders. Het ene album bevat korte "liedjes", het andere bevat lange "composities". Het laatste album "The Incident" bestaat uit voornamelijk korte tracks die echter als één nummer, één compositie moeten worden gezien.
U kunt hier enkele nummers beluisteren: